Sinan Can kiest een lastige route richting Sonja Barend

24-10-2020

Even dat vreselijke woord award omzeilen. Donderdag maakte Sonja Barend bekend dat Coen Verbraak de naar haar vernoemde prijs voor het beste televisieinterview heeft gewonnen. Met in zijn kielzog Tijs van den Brink. Ik was een zeer gemiddeld jurylid: ook op mijn stembiljet stonden deze mannen bovenaan.

Mocht u zich een beeld van de competitie willen vormen: op de Varagids-site zijn de tien genomineerde fragmenten nog te vinden, zoals het zilveren gesprek uit 'Adieu God?' waarin de oprechte christen Van den Brink bewonderenswaardig in balans blijft tegenover de uitgesproken atheïst Theo Maassen.

Coen Verbraak won goud voor zijn interviews met Dutchbatters die in 1995 in Srebrenica waren, met name voor het gesprek met oud-soldaat Liesbeth Beukeboom. Hoe deze blonde moeder recht in de camera kijkt en vertelt over de horrorshow waarin ze verzeild raakte, het snijdt door de ziel. Beukeboom deelt haar leven op in de periodes vóór en na Bosnië. Al vijfentwintig jaar lang heeft ze alle dagen pijn in haar lichaam, spierpijn. Misschien door de stress, misschien vanwege contact met giftige stoffen daar. Een kwart eeuw later voelt het als onze plicht ook maar eens iets te ervaren van deze pijn.

Maandag leek er al een eerste kanshebber voor de prijs van 2021 aan te komen: Sinan Can bracht een exclusief gesprek met Samir A., een van de leiders van de Hofstadgroep, het netwerk dat aanslagen voorbereidde in ons land. En waarvan lid Mohammed Bouyeri Theo van Gogh vermoordde.

"Het is zijn eerste interview voor de camera", zo kondigde Can het gesprek met A. aan. Helaas werd snel duidelijk dat we in 'Staatsvijand nr 1' geen indringende confrontatie zouden zien. A. had eisen gesteld aan het interview, onder meer dat hij niet in beeld mocht komen. Maar ook de interactie tussen Can en hem was verdwenen. We hoorden losgeknipte citaten van A., die waren versneden met archiefmateriaal, andere gesprekken, beelden van een serieus kijkende Can en van een vage figuur met capuchon, waarschijnlijk A. zelf. Je een beeld vormen van hoe A. reageerde op de vragen van Can, hoe hun gesprek zich ontwikkelde, of hij rustig bleef als Can het hem moeilijk maakte en óf Can het hem moeilijk maakte? Het bleef tasten in het duister.

Can schetste een verontrustend stuk recente geschiedenis, maar de echte Samir A. bleef ongrijpbaar. Terwijl imam Mohammed Cheppih - die heeft gepoogd A. te deradicaliseren tijdens diens jarenlange detentie - zijn client omschreef als 'gek, bizar mannetje', hoorden wij iemand die heel evenwichtig klonk. Een man die zijn beloftes nakomt als hij zorgt voor de IS-weduwes van zijn vrienden. Die vindt dat er natuurlijk een islamitische staat moet zijn. Een man van oog om oog, tand om tand: als een gevechtspiloot de huizen van onschuldige families in brand schiet, dan mag hij voor zelf toch ook verbrand worden voor straf?

Een kijker met latente extremistische gedachten zou ervan onder de indruk raken, van de rechtlijnigheid van deze broeder met de heldennaam Staatsvijand nr 1.

En zo drong zich toch de vergelijking op, aan hoe een Twan Huys werd verguisd voor het bieden van een podium aan Holleeder, terwijl Samir A. hier net zo rustig z'n foute gedachtewereld met ons kon delen.

<<<Verdoofd                                                                  Mea culpa>>>