'Wordt het oorlog? Ik hoop van niet, maar denk het wel'

23-08-2017

Hij oogt niet als een onruststoker. Maar Coen Verbraak, die kalme vragensteller met licht hypnotiserende blik, weet van oprakelen. Zijn 'Kijken in de ziel' draait dit seizoen om de gevoelswereld van de militair. Met maandag als resultaat voor de kijkers een steen op de maag. Want de aflevering 'De toestand in de wereld' werkte geraffineerd toe naar dé vraag van dit moment: krijgen we weer oorlog? De deskundigen waren nogal eensgezind: grote kans van ja.

Verbraaks gesprekspartners zijn elf mannen en vrouwen van landmacht, luchtmacht en marine. Inclusief Tom Middendorp, de Commandant der Strijdkrachten, onze hoogste militair. Allemaal worden ze in uniform geïnterviewd, al zijn de vragen soms zeer persoonlijk. Het past bij het idee dat militair zijn geen baan is, maar een roeping.
Na inleidende beschietingen over dat het respect voor militairen weer groeit 'dankzij' alle bedreigingen, kwam het gesprek op de juist dalende slagkracht van onze defensie. Na de koude oorlog is overal op bezuinigd. "Toen ik dertig jaar geleden begon had Nederland negenhonderd tanks. Tot voor kort eigenlijk nul", zei brigadegeneraal Jan Swillens. Marineduiker Sander Kool: "We hebben veel last van reserveonderdelen die er niet zijn." De net zo eufemistische generaal Middendorp: "We kunnen ons grondgebied prima verdedigen, alleen niet zelf."

Via de vraag hoe ze zouden reageren als hun eigen kinderen het leger in wilden, peilde Verbraak het vertrouwen van de militairen in hun organisatie. Een paar mannen straalden bij het idee, maar het gezicht van militair psycholoog Liesbeth Horstman bevroor. Haar werkterrein zijn de soldaten die geknakt uit de strijd komen en je kan alleen gissen welke beelden bij deze vraag door haar hoofd gingen. Met een arm beschermend om haar lichaam geslagen zei ze: "Mijn jongste zoon wil militair worden. Ik kan daar trots op zijn, maar als moeder denk ik, jeetje nee, dat wil ik niet. Echt niet. Stel, stel, dat zou voor mij on..." Ze maakte haar zin niet af.

Het laatste kwartier was als een bombardement van alles wat de vrede momenteel bedreigt. Via een scherpe montage noemden de militairen de risicofactoren: grondstofschaarste, klimaatverandering, armoede, onze cyberkwetsbaarheid, extremisme, warlords, IS. En neem Syrië, Turkije, Noord-Afrika, Georgië, het Midden-Oosten: aan welke rand van Europa is het nog wel stabiel? En dan onze grillige wereldleiders Trump en Poetin. Vooral die Poetin. "De Russen varen tegenwoordig door Het Kanaal in plaats van om Engeland heen. Mag. Maar het is een provocatie", zei onderzeebootcommandant Pieterbas Peters.

Krijgen we dus oorlog? De militairen zeiden: "Ik denk het." "Ik hoop het niet, maar denk van wel." "Ik durf niet volmondig nee te zeggen." "Er is een reële dreiging." "Ik denk dat wij het nog gaan meemaken." "We zullen erbij betrokken zijn, al dan niet op ons grondgebied."
Wellicht om ons niet al te depressief de nacht in te sturen, was op het eind een soort losse flodder van de onderzeebootman gemonteerd: "Ga als volwassen mannen en vrouwen om de tafel zitten, laten we het redelijk houden met elkaar." Tegen wie hij dit precies zei was niet duidelijk. En het stelde ook niet echt gerust.

   <<<later                                                                                             eerder>>>